Miezerig betekent eigenlijk ‘regenachtig’. Het woord is afgeleid van miezeren of miezelen (motregenen), dat teruggaat op een Middelnederlands woord voor nevel: misel. Door klankassociatie met miser, het Latijnse woord voor ‘armzalig’, heeft miezerig in een ver verleden de figuurlijke betekenis ‘nietig’ gekregen: ‘een miezerig mannetje’ bijvoorbeeld is iemand die klein van stuk is of er ongezond uitziet, een schriel kereltje.
Daarnaast wordt miezerig soms ook gebruikt in de betekenis ‘kleingeestig’ of zelfs ‘minderwaardig’. Die betekenissen sluiten aan bij die van een ander Nederlands woord, mies (zoals in ‘een mies mannetje’), dat teruggaat op het Hebreeuwse woord voor minderwaardig.