Gebruikmaken of gebruik maken?
Combinaties van een zelfstandig naamwoord en een werkwoord worden vaak aan elkaar geschreven. Dat is vooral het geval als zo'n combinatie heel vaak voorkomt. In het woordenboek zijn dan ook samenstellingen te vinden als 'gebruikmaken', 'autorijden' en 'koffiezetten'.
Toch is het met zulke combinaties even oppassen. Uit het feit dat woordenboeken en spellinggidsen ze als samenstelling opnemen, zou je kunnen afleiden dat je ze dan ook altijd als één woord moet schrijven, maar dat is niet zo.
Wanneer dan niet? Simpel gezegd: als er een ander woord vóór het zelfstandig naamwoord staat. Meestal gaat het om een bijvoeglijk naamwoord, maar het kan ook een ander zelfstandig naamwoord zijn, of het woordje 'geen'. Dan schrijf je de combinatie los:
gebruikmaken van iets
een goed gebruik maken van iets
geen gebruik maken van iets
hij kan al jaren autorijden
met drank op mag je geen auto rijden
ik ga koffiezetten
ik ga een lekker kopje koffie zetten
In het laatste voorbeeld hoort 'een lekker kopje koffie' bij elkaar (taalkundigen zeggen: het is een woordgroep). Die samenhang zou je visueel verstoren door te schrijven: een lekker kopje koffiezetten. Een spatie is hier dus op zijn plaats.