Koersen met Velo, Démare en Omloop
Juli is wielermaand, met dank aan de Tour de France. Van Dale kijkt graag mee, want ook voor de taalliefhebber valt er van alles te beleven. Bijvoorbeeld vanwege de talrijke wielertermen die weer door de ether worden geslingerd: stoempen, linkeballen, zich het snot voor de ogen rijden, dat werk.
Een wat minder belicht aspect zijn wielrenners met een achternaam die als het ware hun beroep al verraadt. Zoals je ooit een generaal had die Van Vuuren heette, en een voorzitter van een naturistenvereniging die luisterde naar de naam Willem Broekstra, zo zijn er ook enkele wielrenners geweest met een curieuze achternaam.
Zoals de Nederlander Egbert Koersen. Koersen doet deze Egbert al een tijdje niet meer; zijn laatst vindbare ereplaats dateert van 1982 (derde in de ronde van Zuid-Friesland).
Een splijtende demarrage valt nog wel te verwachten van de Franse renner Arnaud Démare, die immers nog maar 24 is, wat voor een beroepsrenner gerust jong genoemd mag worden. Dit jaar won hij al Milaan-Sanremo. Marco Velo daarentegen zal zijn naam nooit meer eer aandoen, want deze Italiaanse renner heeft in 2010 zijn fiets aan de wilgen gehangen, zoals dat in die kringen heet. Gerben de Knegt werd nooit kopman.
Van de Vlaming Wim Omloop zullen we evenmin veel meer vernemen. Ook deze winnaar van illustere wedstrijden als de Omloop van het Waasland, de Omloop der Kempen en de Omloop van het Meetjesland is inmiddels afgestapt. Tragisch genoeg ontbreekt zijn naam op de erelijst van de Omloop het Nieuwsblad (voorheen Omloop het Volk), de enige omloop die er écht toe doet.