Betekenis 'spannen'
Je hebt gezocht op het woord: spannen.
span (het; o; meervoud: spannen; verkleinwoord: spannetje) 1paar, koppel: een span paarden; een aardig span tweetal
span·nen (spande, heeft gespannen) 1(van veerkrachtige voorwerpen) uittrekken en verhinderen dat ze in de oude toestand terugkeren2(van trekdieren) van tuig voorzien en voor de wagen enz. zetten3drukken, knellen: het zal erom spannen het zal net wel of net niet lukken
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.