Betekenis 'huissleutel'

Je hebt gezocht op het woord: huissleutel.

huis·sleu·tel (de; m; meervoud: huissleutels) 1sleutel van de huisdeur

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.