Betekenis 'grossier'
Je hebt gezocht op het woord: grossier.
gros·sier (de; m/v/x; meervoud: grossiers) 1handelaar tussen fabrikant of importeur en detaillist
gros·sie·ren (grossierde, heeft gegrossierd) 1(+ in) in ruime mate beschikken over: hij grossiert in bijbaantjes
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.