Betekenis 'cyclus'
Je hebt gezocht op het woord: cyclus.
cy·clus (de; m; meervoud: cyclussen, cycli) 1periode, tijdkring, gekenmerkt door dezelfde soort van gebeurtenissen: de cyclus van de jaargetijden; maancyclus, menstruatiecyclus2reeks van min of meer samenhangende boeken, films, composities, lezingen enz.: filmcyclus, lezingencyclus, romancyclus3(België) bep. aantal studiejaren (3, 4 of 5) aan een instelling voor hoger onderwijs
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.