Betekenis 'Lagen'
Je hebt gezocht op het woord: Lagen.
1laag (bijvoeglijk naamwoord, bijwoord; vergrotende trap: lager, overtreffende trap: laagst) 1van geringe hoogte: een laag huis2(muziek) met weinig geluidstrillingen, diep3gering, klein: een laag olieverbruik4gemeen: een lage streek¶(verouderd) lager onderwijs basisonderwijs
2laag (de; v(m); meervoud: lagen) 1hoeveelheid horizontaal liggende stof of horizontaal naast elkaar liggende dingen: een laag steenkolen2bevolkingsgroep van gelijksoortige gesteldheid: de onderste lagen van de bevolking¶iem. de volle laag geven duchtig ervanlangs geven
lig·gen (lag, heeft gelegen) 1op het langste of grootste vlak rusten2in bed verblijven: ik blijf nog een uurtje liggen3zich bevinden: waar ligt Ghana?4over iets uitgespreid zijn: er lag sneeuw5in de toestand verkeren die door de bepaling wordt genoemd: op sterven liggen stervende zijn; dat onderwerp ligt erg gevoelig is een gevoelig punt6(+ gaan) bedaren: de storm ging liggen7(+ aan) veroorzaakt worden door: het zal wel aan hem liggen; als het aan mij ligt inleiding als iem. zegt wat hij wil dat er wordt gedaan8passen bij aanleg, belangstelling of karakter: dat werk ligt mij niet; wij liggen elkaar wel9zijn: de prijzen liggen lager10(gevolgd door te + onbepaalde wijs) tot vervelens toe doen: liggen te klieren¶(België) iem. liggen hebben iem. te pakken nemen
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.