Betekenis 'Grootouders'
Je hebt gezocht op het woord: Grootouders.
groot·ou·ders (meervoud) 1iemands grootvader(s) en grootmoeder(s)
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.