Betekenis 'hak'
Je hebt gezocht op het woord: hak.
hak 1(het hakken) coupe v, abattage m2(houw) coup m de hache: iem. een hak zetten piquer qqn. au vif; van de hak op de tak springen passer du coq à l'âne3(hiel, ook van schoen) talon m: met de hakken over de sloot de justesse; schoenen met hoge hakken chaussures à talons hauts; (figuurlijk) de hakken in het zand zetten se buter, se braquer
hakken 1(fijnhakken) hacher: in de pan hakken tailler en pièces2(kappen) couper, abattre: er met de grove bijl in hakken ne pas y aller de main morte3vitten; op iem. (zitten) hakken trouver à redire à tout¶dat hakt erin (a) (kost veel geld) c'est une grosse dépense, ça fait un trou dans le budget; (b) (komt hard aan) c'est un coup (dur)
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.