Betekenis 'af'
Je hebt gezocht op het woord: af.
1af (bijwoord) 1(vanaf) de, depuis, dès, à partir de: van kind af dès l'enfance; hij woont 50 m van het station af il habite à 50 mètres de la gare; van voren af aan beginnen recommencer depuis le début; je bent nog niet van mij af tu auras de mes nouvelles; ver van iets af loin de qqch.; om er (van) af te zijn pour s'en débarrasser2(los) détaché(e): af! descends !, (tegen hond) couché !; ik ben er (van) af j'en suis quitte, j'en suis délivré; er zijn twee knopen van mijn jurk af il manque deux boutons à ma robe¶petje af chapeau !; hij weet er iets van af il en sait qqch.; de trap af en descendant l'escalier; af en toe de temps en temps, de temps à autre; berg op, berg af par monts et par vaux; de rivier af en aval de la rivière, en descendant le courant; op iem. af gaan se diriger vers qqn.; op de minuut af à la minute; dat was op het kantje af il s'en est fallu de peu
2af (bijvoeglijk naamwoord) 1(afgemaakt) fini(e), achevé(e), (versleten) usé(e), (onberispelijk) parfait(e): terug naar af retour à la case départ
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.