Betekenis 'tour'

Je hebt gezocht op het woord: tour.

1tour (m) 1omdraaiing, ronddraaiing, omloop, toer, slag (van een schroef), kronkeling, verdraaiing: tour de reins spit; à tour de bras uit alle macht; fermer à double tour op (het nacht)slot doen; en un tour de main in een handomdraai; donner un tour de vis (a) aandraaien (van een schroef); (b) (figuurlijk) aanscherpen2ronde (ook sport), toertje, wandeling, rondreis: le tour de France de Ronde van Frankrijk; faire le tour du cadran de klok rond slapen; faire le tour de rondgaan, rondzoeken, eromheen lopen; faire un tour d'horizon een algemeen overzicht geven; faire le tour d'une question een kwestie van alle kanten bekijken; j'irai faire un tour chez lui ik ga eens even bij hem langs; tour du monde reis om de wereld3omtrek, wijdte, maat: tour de taille taille; tour de poitrine borstomvang4streek, toer, kunstje: tour d'adresse handigheid, kunstje; tour de cochon smerige streek; tour de cartes kunstje met kaarten; tour de passe-passe goocheltruc; tour de force krachttoer; jouer un mauvais tour à erin laten lopen, een poets bakken; cela m'a joué des tours dat heeft mij parten gespeeld; le tour est joué ! klaar is kees!; avoir plus d'un tour dans son sac niet voor één gat te vangen zijn5wending, manier van doen of zeggen: tour d'esprit ziens-, denkwijze, opvatting; tour de phrase zinswending; prendre un mauvais tour een slechte wending nemen6draaibank: tour de potier pottenbakkersschijf7beurt, ronde (verkiezing): chacun son tour ieder op zijn beurt; tour à tour om beurten, beurtelings; à tour de rôle bij toerbeurt, om de beurt; tour de chant optreden (van een zanger) 2tour (v) 1toren: tour de refroidissement koeltoren; tour d'ivoire ivoren toren2hoog flatgebouw, torenflat

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.