Betekenis 'pont'
Je hebt gezocht op het woord: pont.
pont (m) 1brug: tête de pont bruggenhoofd; pont aérien luchtbrug; pont aux ânes (figuurlijk) banaliteit; pont de bateaux, pont flottant schipbrug; ponts et chaussées (vergelijkbaar) Waterstaat, (België) Bruggen en Wegen; (figuurlijk) brûler les ponts de schepen achter zich verbranden; (figuurlijk) couper les ponts avec qqn. alle contacten met iem. verbreken; (figuurlijk) faire un pont d'or à qqn. iets voor iem. financieel aantrekkelijk maken (met name nieuwe baan); faire le pont (a) een snipperdag opnemen, krijgen (tussen twee vrije dagen); (b) (België) de brug maken, een extra lang weekend nemen; faire le pont entre als bemiddelaar optreden; jeter un pont sur een brug slaan over; pont suspendu hangbrug2(scheepvaart) dek: pont arrière achterdek; pont d'envol vliegdek3klep
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.