Betekenis 'ferme'

Je hebt gezocht op het woord: ferme.

1ferme (v) 1boerderij, (pacht)hoeve: ferme d'élevage veeboerderij2pacht, het verpachten: bail à ferme pachtcontract; donner à ferme verpachten; prendre à ferme pachten 2ferme (bijvoeglijk naamwoord) 1vast, stevig: la terre ferme de vaste grond, het vasteland, de vaste wal2(figuurlijk) standvastig: de pied ferme vastberaden; avoir la ferme intention vast van plan zijn3(handel) vast, prijshoudend 3ferme (bijwoord) 1krachtig, flink: tenir ferme volhouden; discuter ferme fel discussiëren2definitief: dix mois de prison ferme tien maanden onvoorwaardelijke gevangenisstraf fermé, fermée 1gesloten: fermé à clé op slot; (figuurlijk) fermé à ongevoelig voor; cercle fermé besloten kring; visage fermé ondoorgrondelijk gezicht 1fermer (overgankelijk werkwoord) 1(af)sluiten, dichtdoen: (informeel) ferme-la kop dicht; on ferme ! we gaan sluiten!; la porte est fermée de deur is dicht; fermer boutique zijn zaak opdoeken; fermer son cœur à qqch. ongevoelig zijn voor iets; fermer le gaz het gas uitdraaien; fermer sa porte à qqn. iem. de toegang weigeren; les yeux fermés blindelings se 2fermer (wederkerend werkwoord) 1dichtgaan, dichtvallen, zich sluiten

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.