Betekenis 'teaching'
Je hebt gezocht op het woord: teaching.
1teach (overgankelijk werkwoord; taught, taught) 1leren, afleren: I will teach him to betray our plans ik zal hem leren onze plannen te verraden2doen inzien, leren: experience taught him that … bij ondervinding wist hij dat …
2teach (overgankelijk en onovergankelijk werkwoord; taught, taught) 1onderwijzen, leren, lesgeven: teach s.o. chess, teach chess to s.o. iem. leren schaken; John teaches me (how) to swim John leert mij zwemmen; teach school onderwijzer zijn
teaching 1het lesgeven2onderwijs3leer, leerstelling
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.