Betekenis 'swing'
Je hebt gezocht op het woord: swing.
1swing (zelfstandig naamwoord) 1schommel2schommeling, zwaai, slingerbeweging, forse beweging: swing in public opinion kentering in de publieke opinie3(fors) ritme4swing(muziek)5actie, vaart, gang: in full swing in volle actie; get into the swing of things op dreef komen6inspiratie¶go with a swing van een leien dakje gaan
2swing (werkwoord; swung, swung) 1met veerkrachtige tred gaan, met zwaaiende gang lopen: swing along (of: by, past) met veerkrachtige gang voorbijlopen2swingen3opgehangen worden: swing for it ervoor gestraft worden4slingeren, schommelen, zwaaien: (figuurlijk) swing into action in actie komen5draaien, (doen) zwenken: swing round (zich) omdraaien, (zich) omgooien; swing to dichtslaan (deur e.d.)6(op)hangen: swing from the ceiling aan het plafond hangen7beïnvloeden, bepalen, manipuleren: what swung it was the money wat de doorslag gaf, was het geld8wijsmaken: you can't swing that sort of stuff on her zoiets maak je haar niet wijs
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.