Betekenis 'sort'
Je hebt gezocht op het woord: sort.
1sort (zelfstandig naamwoord) 1soort, klasse, type: just buy him an ice cream, that sort of thing koop maar een ijsje voor hem, of zoiets; a sort of (a) een soort van, een of andere; he is a lawyer of sorts hij is een soort advocaat, hij is zo'n beetje advocaat; ‘I'm going alone’ ‘you'll do nothing of the sort!’ ‘ik ga alleen’ ‘daar komt niets van in!’; all sorts of allerlei2persoon, type, slag: he is a bad sort hij deugt niet3(computer) sortering¶be out of sorts zich niet lekker voelen
2sort (overgankelijk werkwoord) 1sorteren, klasseren: sort letters brieven sorteren; sort over (of: through) sorteren, klasseren
sort out 1sorteren, indelen, rangschikken2ordenen, regelen: things will sort themselves out de zaak komt wel terecht; sort o.s. out met zichzelf in het reine komen3te pakken krijgen, een opdonder geven: stop that or I'll come and sort you out hou daarmee op of je krijgt het met mij aan de stok
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.
