Betekenis 'sold'
Je hebt gezocht op het woord: sold.
1sell (zelfstandig naamwoord) 1bedrog, verlakkerij, zwendel
2sell (onovergankelijk werkwoord; sold, sold) 1verkocht worden, verkopen, kosten, in de handel zijn2handel drijven, verkopen¶sell up zijn zaak sluiten
3sell (overgankelijk werkwoord; sold, sold) 1verkopen, in voorraad hebben, handelen in, verkwanselen: sell off uitverkopen; sell at five pounds (of: at a loss) voor vijf pond (of: met verlies) verkopen2aanprijzen: sell o.s. zichzelf goed verkopen3overhalen, warm maken voor, aanpraten: be sold on sth. ergens helemaal weg van zijn4misleiden, bedriegen, bezwendelen¶sell s.o. short iem. tekortdoen
sold onvoltooid verleden tijd en voltooid deelwoord van 2sell
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.
