Betekenis 'shame'
Je hebt gezocht op het woord: shame.
1shame (zelfstandig naamwoord) 1schande, schandaal2zonde: what a shame! het is een schande!, wat jammer!3schaamte(gevoel): have no sense of shame zich nergens voor schamen4schande, smaad, vernedering: put to shame (a) in de schaduw stellen; (b) beschaamd maken (of: doen staan); to my shame tot mijn (grote) schande; shame on you! schaam je!, je moest je schamen!; (tegen spreker) shame! schandalig!, hoe durft u!
2shame (overgankelijk werkwoord) 1beschamen: it shames me to say this ik schaam me ervoor dit te (moeten) zeggen2schande aandoen, te schande maken3in de schaduw stellen, overtreffen: your translation shames all the other attempts jouw vertaling stelt alle andere pogingen in de schaduw
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.