Betekenis 'progress'

Je hebt gezocht op het woord: progress.

1progress (zelfstandig naamwoord) 1voortgang, vooruitgang, (figuurlijk) vordering: the patient is making progress de patiënt gaat vooruit; in progress in wording, aan de gang, in uitvoering 2progress (onovergankelijk werkwoord) 1vorderen, vooruitgaan, vooruitkomen, (figuurlijk ook) zich ontwikkelen

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.