Betekenis 'plaster'
Je hebt gezocht op het woord: plaster.
1plaster (zelfstandig naamwoord) 1(hecht)pleister2pleisterkalk3gips: plaster of Paris (gebrande) gips
2plaster (overgankelijk werkwoord) 1(be)pleisteren, bedekken: plaster make-up on one's face zich zwaar opmaken, z'n gezicht plamuren; plaster over (of: up) dichtpleisteren2verpletteren, inmaken
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.