Betekenis 'hielt'
Je hebt gezocht op het woord: hielt.
1halten (onovergankelijk werkwoord) 1houden, stevig zijn, solide zijn: seine Freundschaften halten nie lange zijn vriendschappen zijn nooit van lange duur2stilstaan, stoppen¶an sich halten zich beheersen; sehr auf etwas halten zeer op iets gesteld zijn; auf sich halten zichzelf respecteren; zu jmdm. halten achter iem. staan
2halten (overgankelijk werkwoord) 1houden, tegenhouden: einen Ball halten een bal stoppen2bevatten, inhouden: das Fass hält 100 Liter het vat heeft een inhoud van 100 liter3houden, zorgen, verzorgen: Hühner halten kippen houden¶jmdm. die Treue halten iem. trouw blijven; eine Zeitung halten op een krant geabonneerd zijn; große Stücke (of: viel) auf jmdn. halten veel met iem. ophebben; halten für aanzien, houden voor; es für gut halten, dass het raadzaam achten dat; ich halte dies für sehr wahrscheinlich ik acht dit zeer waarschijnlijk; wofür hältst du mich? wat denk je wel van me?; von jmdm. nicht viel halten geen hoge dunk hebben van iem.; was halten Sie davon? wat vindt u daarvan?, hoe denkt u daarover?; jmdn. zum Besten (of: Narren) halten iem. voor de gek houden
sich 3halten (wederkerend werkwoord) 1zich houden, zich staande houden: sich aufrecht halten rechtop staan, lopen2standhouden, zich handhaven: die Kartoffeln halten sich nicht de aardappelen blijven niet lang goed; er hielt sich immer an ihrer Seite hij bleef steeds aan haar zijde; diese Theorie lässt sich nicht halten deze theorie is niet houdbaar; Sie müssen sich an Ihre Versicherung halten u moet zich tot uw verzekering wenden; wir müssen uns immer (nach) links halten wij moeten steeds links aanhouden
hielt onvoltooid verleden tijd van 1halten
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.