Betekenis 'gar'

Je hebt gezocht op het woord: gar.

1gar (bijvoeglijk naamwoord) 1gaar 2gar (bijwoord) 1helemaal, volstrekt: das ist doch ganz und gar nicht wahr dat is toch volstrekt niet waar; gar nichts helemaal niets2(Zuid-Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland) zeer, heel: gar gut zeer goed3tocham Ende bist du gar böse? uiteindelijk ben je nog boos ook?; oder gar of zelfs; gar zu gern (maar) al te graag 1garen (onovergankelijk werkwoord) 1gaar worden 2garen (overgankelijk werkwoord) 1gaar laten worden gären 1gisten (ook figuurlijk)

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.